Zorgcentrum wil niet bezuinigen op maaltijden van bewoners
Nee hoor, wooncentrum Die Buytenweyde gaat echt niet bezuinigen op de maaltijden, maar de omvang beter aanpassen aan de wensen van de bewoners! Dit is gewoon een misverstand! Veel oudere mensen eten vaak minder als de jongere bewoners. Dus kan de omvang van de maaltijd aangepast worden. Kleinere porties, bouillon in plaats van een rijk gevulde soep en geen apart verpakte toetjes meer. Uit een eerdere brief aan de bewoners kwam naar voren dat Die Buytenweye de hoeveelheid eten van haar inwoners stevig aan banden gaat leggen. Critici spraken al schande van de verkapte bezuiniging op ouderen. ‘Ze beknibbelen op de kwaliteit van leven’. Het artikel van de AD van vrijdag is niet helemaal compleet, dat ging voornamelijk over bezuinigingen.
De organisatie bestaat uit zo’n 25 locaties in de regio Delft, Midden-Delfland, Pijnacker-Nooddorp en Westland. Deze verschillen van grootte. De bewoners van deze locaties doen niet mee. De brief heeft wel veel opschudding gebracht in Die Buytenweye. Maar de nieuwe regels zijn niet bedoeld als bezuiniging maar om de maaltijden beter af te stemmen op de wensen en de etenstrek van bewoners, aldus woordvoerder Ilonka Ouwendijk. ‘De maaltijden worden gekookt in de huiskamers van de verschillende afdelingen’.
Bewoners van Die Buytenweye, waar onder meer mensen met dementie wonen, kregen op 29 december een brief waarin stond dat er dagelijks eten wordt verspild en dat er bezuinigd moet worden om binnen de begroting blijven. ‘Maar het is niet de bedoeling om te bezuinigen, maar de grootte van de maaltijden beter aan te passen aan de wensen van de bewoners. Oudere mensen eten meestal minder dan jongere. Er is niet genoeg koelkastruimte om resten te bewaren’. De maaltijden zouden volgens het artikel maximaal 150 gram groente, 150 gram aardappelen en 80 á 100 gram vis of vlees mogen gaan bevatten. ‘Maar nogmaals: deze hoeveelheid wordt dus aangepast aan de wensen van de hoeveelheid die mensen eten. Je hebt nu ook eenmaal de ene dag meer trek als de andere’.
Soclaal moment
Voor de vrijwilligers die in het tehuis werken verandert er ook het één en ander. Zij mogen het eten vanaf nu afwegen en krijgen instructies voor portiegroottes. Ook mogen ze alleen mee-eten als er genoeg over is na het eten van de bewoners. Het is sneu voor de vrijwilligers die alleen maar ‘de resten mogen opmaken’. De wijzigingen vallen niet goed, onder meer bij de ouderenbond ANBO. ,,Ik vind het om het mild te zeggen erg raar”, zegt woordvoerder Renate Evers, ,,Eten is een heel belangrijk sociaal moment voor senioren in een wooncomplex, door daar op te beknibbelen doe je dat eigenlijk op de kwaliteit van leven. Zelfs vanuit een duurzaamheidsperspectief vind ik het moeilijk goed te praten mensen in hun laatste jaren hiermee lastig te vallen door hun eten te gaan wegen.”
Politiek
Ook de politiek roert zich. Hart voor Delft, dat de brief als eerste publiekelijk deelde, diende schriftelijke vragen in bij het college van b en w. Raadslid Silvia Grobben: ,,Natuurlijk moet er op van alles bezuinigd worden, maar dat kan je niet doen op eten van de senioren. Bewoners moeten om extra eten vragen als ze nog honger hebben door de kleinere porties.”
Dat vindt ze zorgelijk. ,,Je degradeert ouderen op deze manier gewoon tot bedelaars. Het is een andere generatie, die zich misschien te trots zal voelen om om extra eten te vragen en dus hongerig naar bed zal gaan.”
Andere partijen lijken voorzichtiger met een standpunt innemen. Fractievoorzitter van de ChristenUnie Bert van der Woerd wil eerst weten waar de verantwoordelijkheid precies ligt. ,,Ik vraag me af of het college hier enige zeggenschap over heeft, volgens mij ligt dit probleem eerder bij het bestuur van Pieter van Foreest zelf (de koepel waaronder het verzorgingstehuis valt, red.). Als blijkt dat dit een gevolg is van bezuinigingen of slechte verdeling van middelen van de overheid verandert dat de situatie natuurlijk wel. Bezuinigen op eten ziet er hoe dan ook niet goed uit.”
Duurzaam
Woordvoerder Ouwendijk stelt dat de aanpassingen niks met bezuinigingen te maken hebben. ,,Het is gewoon hartstikke zonde als er van alles moet worden weggegooid. Ik snap ook niet helemaal waarom het zo verwoord is in de brief naar de bewoners, daarvoor moeten we de hand in eigen boezem steken.” Ouwendijk zegt dat het budget hetzelfde is als in voorgaande jaren. ,,De begroting van de voeding is zelfs mee geïndexeerd met de huidige prijzen, er ging gewoon veel retour naar de keuken, dus we proberen passend voor inwoners te koken.’’ (red: het lijkt mij lastig om dat precies te wegen).
Ernst Greweldinger, lid van de cliëntenraad, schrok van de brief. Zijn schoonmoeder woont al jaren met plezier in het tehuis. ,,We hadden twee weken geleden een goed gesprek met het tehuis over de logistiek van de maaltijden, wat niet altijd soepel verloopt. Dat ging meer over minder voedselverspilling en beter persoonsgebonden voedsel. De inhoud van de verstuurde brief strookt hier echter totaal niet mee.‘’
Vervolgbrief voor bewoners
Dit is de vervolgbrief die op 6 januari is geplaatst op de website voor de bewoners. ‘Onlangs is er een brief aan bewoners van De Buytenweye verstuurd rondom de maaltijdverstrekkingen. Deze brief had niet zo verstuurd mogen worden. Het spijt ons dat deze brief mede door de gekozen formulering mogelijk geheel verkeerd is begrepen. We lichten u graag e.e.a. duidelijk toe.
Beleving
Het is belangrijk dat bewoners kunnen genieten van de maaltijd. De beleving van eten en drinken speelt daarbij een belangrijke rol. Een gezellige sfeer zoals thuis, maaltijden die passen bij de behoefte van de bewoners en maaltijden van een goede kwaliteit. Het budget dat beschikbaar is rondom de maaltijdverstrekking aan cliënten is niet gewijzigd. Wel wordt er gekeken naar mogelijke aanpassingen die de sfeer en beleving rondom de maaltijd mogelijk bevorderen en de verspilling kunnen voorkomen.
Maaltijd passend bij uw behoefte en verspilling tegengaan. Tijdens en na het gebruiken van de maaltijd bleek dat er verdeeld over de verschillende afdelingen en huiskamers behoorlijk wat voeding niet altijd volledig werd genuttigd. Te volle borden, die bovendien niet bevorderlijk werken voor de eetlust. De ene persoon is nu eenmaal een grotere eter dan de ander en de ene dag heeft een bewoner wellicht meer trek dan de andere dag. Dat is ook logisch en heel menselijk. Het is dan niet logisch om iedereen maar dezelfde grote portie op te scheppen en vervolgens weg te gooien wat overblijft. Om deze verspilling te voorkomen willen we graag een maaltijd verstrekken meer passend bij de persoonlijke behoefte van de bewoner.
Opscheppen van de maaltijden
De maaltijden worden veelal voor het gemak van de bewoners opgeschept door een gastvrouw of - heer en/of vrijwilliger(s) die op dat moment aanwezig is. Het is soms lastig inschatten of iemand die dag veel of weinig trek heeft. Misschien smaakt het die dag beter dan gedacht of juist niet. De één houdt nu eenmaal meer van bijvoorbeeld nasi of juist van snijbonen dan de ander. Heeft een bewoner meer trek? Geen probleem, dan scheppen we gewoon nogmaals of wat meer op.
Wisselend assortiment gedurende de week
Dagelijks zullen er naast het hoofdgerecht ook soepen en/of bouillons worden verzorgd. Ook hier geldt dat niet iedereen iedere dag trek heeft in een (gebonden) soep. Ook dat is menselijk. Gedurende de week zullen we zorgen voor een variatie aan soepen en bouillons met een wisselend assortiment.
Samen aan de slag met beleving en kwaliteit
Er is hoe dan ook altijd voldoende voeding beschikbaar met een wisselend assortiment. Die Buytenweye gaat aan de slag met de beleving rondom de maaltijd. Samen beperken we op deze manier bovendien de verspilling van teveel bereid voedsel.
Wij hopen zo duidelijke informatie te hebben verstrekt en willen nogmaals onze excuses aanbieden voor de onduidelijke brief welke eerder is verstuurd’.
(Door Dick van As)
0 notes
Figaro’s dood
november.
gisteravond bespraken we wanneer we het kleine hondje laten inslapen.
--
papa wil er niet bij zijn, hij vindt het akelig
ik vraag me af of genetische eigenschappen naar boven drijven bij confrontaties met rauwe emoties
ik legde uit dat ik erbij wil zijn, niet omdat ik het echt wil
maar om een objectieve houding aan te nemen, uit interesse
te zien hoe zoiets nou gaat
het leven kunstmatig wegnemen
ik neem mijn camera mee
ik stel me een grauwe kille hal voor met groene wachtstoeltjes op ijzeren stangen tegen de muur
een beetje zoals de wachtruimte bij het station
ik hoop dat er bomen zijn, dat er een soort moment is om het diertje de natuur in te wensen
--
later.
ik heb nog niet beseft dat het gaat gebeuren
ik heb wel overwogen om het vast te leggen, er iets over te schrijven, er een filmpje van te maken of zo
met het idee het te delen
waarom weet ik niet: het idee intrigeert me
--
later.
het is een gek fenomeen
het is niet zo dat de “functie” van het diertje niet meer werkt en ze daarom moet stoppen met leven,
het is niet zo dat mijn ouders “moe” zijn van de intense verzorging -
het is misschien omdat we het diertje voelen lijden
wat is lijden?
mam zei gisteren dat ze die vraag met pap heeft besproken
hoe bepaal je wat lijden is voor een ander?
voor een dier?
dat niet kan praten
--
het deed me denken aan het tehuis waar ik tien jaar geleden drie keer heb gewerkt.
het leek wel een baantje op de kinderboerderij
mensen zaten erbij als bejaarde huisdieren: werden verzorgd
kregen te eten, werden verschoond, naar bed gebracht
ik begon te kokhalzen toen ik de nagels van een chique oude dame moest knippen
de dagverantwoordelijke zei: dit is echt geen baan voor jou.
ze konden niet meer op een verstandelijke manier communiceren
een vrouw zat in de hoek van de kamer zazaza te roepen
een man blokkeerde de deuren met stoelen uit de eetkamer
een vrouw pakte mijn arm hard vast en huilde zo tussen de afwas en de legpuzzel in
soms lachten de medewerkers de bewoners uit
maar vaker spraken ze ze streng toe, zoals ik wel met figaro deed toen ze een puppy was
Joop, laat die stoelen staan!
Els, niet weglopen!
Marie, eten! Nu.
de familieleden van deze mensen waren druk
kwamen om de beurt eens per week langs
een keer zat ik in een dossier te kijken van de patiënt die mij het meest intrigeerde, de zaza-vrouw
want ze was nog maar in de vijftig, en zat bij de rest van het stelletje bejaarden, bijna alsof ze een grap uithaalde, hun satirisch imiteerde
maar ze was het minst beweeglijk van al
haar leven bevond zich tussen bed, eettafel en zitstoel in de hoek bij het raam.
ze moest begeleid worden bij het lopen
we smeerden haar brood met margarine en ‘stof’ (dat was het enige betekenisvolle woord dat ze kende en het betekende: gestampte muisjes), sneden dat in stukjes, en stopten het tussen haar lippen. Soms, als ze niet kauwde, moesten we haar onderkaak een zetje geven.
zaza leek niet per se gelukkig, ze was altijd neutraal. Heel af en toe glimlachte ze uit het niets, maar ze zei geen woord.
ik vond een papier in haar dossier dat ze zelf had geschreven, toen ze nog een mevrouw bij zinnen was
ze wist dat ze de ziekte van Pique had, en dat ze binnen korte tijd de weg kwijt zou zijn.
ik werd koud toen ik het einde van de brief las.
Op zakelijke toon deelde ze de lezer mee dat ze een euthanasietraject wilde ingaan vanaf het moment dat ze zelf haar brood niet meer kon smeren.
Dat was voor haar het teken dat ze zichzelf niet meer in leven kon houden, en het meest natuurlijke signaal om het levenseinde in te luiden.
Het document was plechtig ondertekend door haarzelf, nog helder van geest, en door haar kinderen opgestuurd naar het tehuis, aan het voorblad van het dossier te zien.
Maar dit was de vrouw die wij stof voerden, wiens kaken wij indrukten als de reset-knop van een computer.
Voordat ik dit verder kon onderzoeken, kwam de verantwoordelijke binnen.
Wat ben jij aan het doen? Dat mag jij helemaal niet lezen!
Ik kroop gauw terug naar mijn mand.
--
wat is lijden?
--
Figarootje slaapt of staat op. Als ze opstaat, wil ze plassen en moeten we haar gauw wegtillen uit de keuken, de gang door, naar buiten.
we stoppen kleine hapjes eten in haar bekkie, duwen het snuitje in de waterbak zodat ze drinkt.
als ze zelf wat loopt, zijn dat oneindige rondjes op het grasveld of langzame stapjes in de keuken, gevolgd door kopstootjes tegen de keukenkasten en stoelpoten.
Ze ziet niks, ze hoort niks.
--
gisteravond zat ik bij d’r en iedereen was weg uit de keuken
ze sliep zo rustig, zo vredig
en ik dacht, ik kan nu mijn hand voor het snuitje houden
haar adem wegnemen
dan hoeft ze niet in de handen van een anonieme dokter weg te kwijnen
zo’n onschuldig klein diertje
diep te ademen
--
we hebben gebeld.
maandag gaat het gebeuren.
Nog drie dagen met dit kleintje
ze zal in de kliniek blijven achteraf, ze hebben er een koelkast zei pap
ik dacht even: hoe koud zal ze het hebben in een koelkast
maar dat voelt ze dan natuurlijk niet meer
een keer per week halen ze alle kadavers op
mijn kleine fikkie wordt een kadavertje
--
het is gek dat we het verdriet van huisdierverlies op onszelf projecteren
ik was 13 toen ik het diertje kreeg
en ik zette altijd die muziek op toen ze een puppy was
zodat ze klassieke muziek zou meemaken, ergens zou dat goed voor d’r zijn wist ik
ik vertelde haar verhaaltjes
ik heb haar gezworen dat ze de enige was die mij begreep
gewoon door haar koppie tegen mijn arm en borst te duwen
door mijn aandacht te vragen
ik heb altijd het gevoel gehad dat de dieren mij niet zo leuk vonden als dat ze mijn zus of papa vonden.
ze leefden altijd op bij hen; minder bij mij.
Niet dat ik het kwetsend of zielig vond voor mezelf, maar ik vroeg me wel vaak af waarom.
misschien was ik te serieus, kwam mijn zorgzame energie meer over als storend dan de speelse aandacht van mijn zus of de kalme aanwezigheid van papa.
Het is gek dat we het gedrag van dieren op onszelf projecteren
--
we hebben het uitgesteld.
Fikkie leefde weer zo op omdat ze ons had gezien, kwispelde zelfs
we konden haar in alle vrolijkheid niet zomaar.. het leven ontnemen
ik vertrek morgen, heb afscheid genomen voor de zekerheid..
--
december.
Vandaag gaat het echt gebeuren.
Raar.
De laatste weken waren rustig, emotioneel, ik was druk op werk en met mijn film.
Vorige week donderdag belde mam om te zeggen dat ze de kliniek toch gebeld hadden, want het hondje weet niet meer waar ze is, plast nu gemiddeld 4x per uur.
Ik kan niet naar Nederland als het gebeurt.
Dit weekend zocht ik afleiding: surfskaten, raclette, spelletjes. Veel slaap.
Soms dacht ik er even aan maar dan vond ik weer een andere activiteit.
Gisteren werd het sterker, kreeg ik af en toe hartzeer en hoopte ik dat dinsdag nog heel lang zou duren.
Gisteravond had ik nergens zin in.
T nam me mee naar Wolf, een food market. Toen we ernaartoe liepen zei ik dat als ikzelf in mijn bed plas en niet meer weet als wie en waar ik me bevind, misschien gelukkiger ben dan ik ooit zal zijn.
Misschien is bewustzijn niet alles.
Als je je leven leefde zonder bewustzijn, is het dan minder waard?
En als iemand voor mij bepaalt of ik het waard ben om in leven te zijn of niet… Dat het game over is terwijl ik misschien middenin het spelletje zit.
Is dat lullig genoeg om te zeggen dat die beslissing ethisch onverantwoord is?
Maar ze zal vrij zijn van het lijden, zei T. Dat zegt hij vaker.
Ik denk: wie zegt dat ze lijdt?
De mevrouw die mijn arm pakte en huilde: zou zij opeens een moment van besef, van lijden hebben gehad? Betekent bewustzijn dan niet juist lijden?
Figaro heeft geen fysieke pijn. Ze is misschien in de war. Constant. Ze loopt tegen kastjes, benen en muren. Maar heeft ze mentale, emotionele of geestelijke pijn?
Wie kan het zeggen?
Misschien is de vraag dus niet of ze lijdt of niet - de vraag is meer: waarom nu.
Nu wel en niet over twee jaar, bijvoorbeeld.
De vraag is altijd, waarom nu. Of waarom nu niet. Nu is altijd de optie die je hebt. En van daaruit bouw je voort: wat heb ik wel, wat heb ik niet, om deze “nu” mee te vullen?
(Nu is eigenlijk een leuk woord. Het klinkt bijna universeel, Japans of Fins of Spaans. Nu is naakt. (Frans.))
Waarom nu Figaro de dood inspuiten en niet over twee jaar?
Omdat ‘nu’ misschien nog een soort van fijn moment voor haar is en we een erger ‘lijden’ kunnen voorkomen?
Omdat het steeds ongezelliger gaat worden: eerst de koude winter in de schuur, steeds meer fysieke ongemakkelijkheden.
Maar we leven allemaal naar onze dood toe. Elke dag is ouder worden en ongemakkelijkheden proberen verslaan.
Is er dan op een gegeven moment een breekpunt? Dat je denkt: het werd allemaal sterker en beter en gaver en ik was altijd veerkrachtig, maar vanaf nu wordt het zwakker en slechter en duffer en ga ik een keer opgeven.
--
Ik was elf en had genoeg van jaren celloles.
Mama gaf me Méditation van Mischa Maisky, een CD met cellomuziek, zodat ik zou doorgaan met spelen.
Ze zei: geef het zes weken, dan mag je stoppen. En hier heb je een CD.
Ik luisterde elke avond op mijn CD-spelertje om haar een plezier te doen.
Na een tijdje was ik weer vergeten dat ik had willen stoppen. Nu, achttien jaar later, heb ik eelt op mijn vingers van liefde voor dat instrument.
--
er is zo’n filosoof, een nederlander, die zegt dat geluk ons leidt. dat alles wat we doen draait om geluk te (her)vinden. ik zou zijn werk moeten lezen voordat ik oordeel, maar het klinkt zo saai, zo gemakkelijk
betekent het dat agressie, pijn en geweld slechts middelen zijn om ons naar het geluk te brengen?
ik vraag me af of een vrouwelijke filosoof dezelfde conclusie zou trekken. is ons oordeel, met onze maandelijkse fysieke ongemakken, niet representatiever dan dat van meneer geluk -
zouden alle vrouwen aan het begin van hun cyclus denken ‘o laat dit gauw over zijn’ of zijn er ook een paar als ik, die gelukkig zijn met buikkramp en duizeligheid: omdat het systeem functioneert?
is het de transformatie zelf die doet leven, die bonheur en malheur maken wat ze zijn
kunnen we daarom blij zijn met negativiteit, met aftakeling, met oud-zijn
--
ik was bij de plastisch chirurg om een plekje weg te halen op het aangezicht.
hij zei: ik zou ook een botoxje doen, dat haalt net even die twee voorhoofdrimpels weg.
ik was 29 jaar en wel benieuwd.
niet naar de botox, maar naar het mensbeeld door de ogen van deze man.
zijn jonge vrouwelijke collega had nauwelijks expressie in het gezicht.
misschien wordt zij het liefst statisch en onbeweeglijk als een foto, dacht ik, en niet dynamisch als een film
wat dat betreft leidt botox je sneller naar de dodelijke stille toekomst dan naar het jonge actieve verleden:
wij verworden immers allemaal een foto op iemands nachtkastje, een momentopname, een herinnering, een vlaagje geur, een blik. een zweempje persoon, niet meer, en mettertijd nog minder.
--
figaro staat in een lijstje op mijn oude slaapkamer. ze zit guitig op het gras en kijkt nieuwsgierig naar de persoon achter de camera.
een vastgelegde expressie, die ik plaats naast de nog levendige herinnering van een warrig mager scharminkeltje dat blind en doof door de keuken strompelt, en van wie ik net zoveel hield.
ze leeft tot ze met mij de vergetelheid intuimelt.
0 notes