Tumgik
#sint-vitus
histoday · 8 years
Text
28 juni. Sint Vitusdag: een bijzondere dag in de Servische geschiedenis
Tumblr media
Vandaag is het Sint Vitusdag. De feestdag van deze heilige is op 15 juni (volgens de oude Juliaanse kalender, die tot 1582 van toepassing was en in Oost-Europa nog steeds gangbaar is), of volgens onze huidige kalender op 28 juni. Op die dag in het jaar in het jaar 303 werd Vitus, geboren op Sicilië, zoon van een Romeinse senator, doodgemarteld, omdat hij het christelijke geloof, waartoe hij zich als jongen had bekeerd, niet wilde afzweren.
Toevallig raakte zijn feestdag stevig verbonden aan de Servische geschiedenis. In eerste instantie toevallig in ieder geval, en in latere tijden was het absoluut geen toeval dat er bijzondere dingen gebeurden op 15 (of 28) juni. Steeds ging het daarbij om een belangrijke gebeurtenis in de Servische geschiedenis, bepalend voor de soms verwrongen Servische identiteit. In het Servisch heet de dag Vitovdan (Видовдан): wat is er dan allemaal gebeurd op Vitovdan?
Het begon allemaal in het jaar 1389. In die tijd ging het dus nog om 15 juni, en waar de Juliaanse kalender nog steeds in gebruik is, zoals in de oosters-orthodoxe kerken, is het dus nog steeds 15 juni. Op de feestdag van Sint-Vitus, een heilige in zowel het katholieke als het orthodoxe geloof, vond in Kosovo een belangrijke veldslag plaats. Een Ottomaans leger onder leiding van sultan Moerad I trad in het strijdperk tegen een Servische troepenmacht, gesteund door legers uit Hongarije, Bosnië, Bulgarije en Albanië. De slag vond plaats op het Merelveld, in het Servisch ‘Kosovo Polje’, ‘Veld van Zwarte Vogels’.
De slag vond dus plaats in het huidige Kosovo, onafhankelijke staat, maar niet door ieder land als zodanig erkend, zeker niet door Servië. De Serviërs vinden namelijk dat er op die dag en op dat moment in de geschiedenis iets gebeurde dat hun als volk heeft gevormd. De Servische commandant Lazar en de Ottomaanse sultan vonden beiden de dood, maar onder leiding van prins Bajezid I wisten de Turken alsnog de slag te winnen. Een eeuwenlange periode van Turkse overheersing (zo zagen de Serviërs het tenminste) volgde.
De Slag op het Merelveld kreeg daarmee een mythische plek in de Servische geschiedenis. De Serviërs hielden daarbij vast aan een van de verhalen die de ronde doet over de slag, namelijk dat het een Servische edelman was, Milos Obilic, die de sultan in zijn tent had vermoord. De slag was dan wel verloren, maar de aanstichter had daarvoor moeten boeten. Het Servische volk zou ooit weer de sultan ten val brengen, maar nu voorgoed.
Sint-Vitus en de Vitovdan had toevallig zijn intrede gedaan in de Servische geschiedenis, maar in latere tijden was het niet zo toevallig dat er belangrijke en doorslaggevende gebeurtenissen plaatsvonden op die dag. Om te beginnen klonk het startschot voor de Eerste Wereldoorlog op 28 juni (volgens de Gregoriaanse kalender dus nogmaals) 1914.
Het was een Servische nationalist, Gavrilo Princip, die te horen had gekregen dat de Oostenrijkse troonopvolger Franz Ferdinand zo dom was geweest om op die specifieke dag een bezoek te brengen aan Sarajevo. Oostenrijk-Hongarije had in 1908 Bosnië geannexeerd, een land met een grote Servische gemeenschap. Servië zelf voelde zich ook bedreigd. De nationalistische groep waar Princip toe behoorde, besloot de Oostenrijkse aartshertog te vermoorden. Het zou leiden tot een Oostenrijkse oorlogsverklaring aan Servië, dat gelieerd was aan Rusland, en daarmee werd de Eerste Wereldoorlog in gang gezet.
Dat was niet de laatste keer dat de Vitovdan een speciale rol speelde. In de Eerste Wereldoorlog vielen de grote rijken Rusland en Oostenrijk-Hongarije uit elkaar, en werd de kaart van de Balkan opnieuw getekend. Het Koninkrijk der Serven, Kroaten en Slovenen, vanaf 1929 Joegoslavië geheten, ontstond op 1 december 1918. Op 28 juni 1921 kreeg dit nieuwe land, dat in aangepaste vorm zou bestaan tot 1991, zijn eerste grondwet.
In dat socialistische Joegoslavië was Servië dominant. Belgrado was de hoofdstad, en het Joegoslavische leger bestond vooral uit Serviërs. Dit leidde tot grote problemen toen de Sovjet-Unie uit elkaar viel. De Servische socialistische leider Slobodan Milosevic ontpopte zich tot een stevige nationalist. Hiervoor had hij in 1989, 600 jaar na de Slag op het Merelveld, een voorproefje gegeven. Op dat moment rommelde het al in Oost-Europa, en Milosevic nam een voorschot op een nieuwe situatie tijdens zijn herdenkingsspeech op 28 juni 1989. In een beruchte toespraak wakkerde hij het Servische nationalisme aan. Het lont brandde.
Na de oorlogen in Joegoslavië en de Kosovo-oorlog (daar is het weer) kwam Milosevic ten val. De nieuwe Servische regering wilde met het verleden breken, en Milosevic werd gearresteerd en uitgeleverd aan het Joegoslavië-Tribunaal in Den Haag. Op welke datum? Juist, 28 juni 2001. Milosevic stierf voordat het vonnis werd geveld.
Servië heette toen nog steeds Joegoslavië, en later Servië-Montenegro, omdat dat land ook onderdeel uitmaakte van het nieuwe Joegoslavië. De Montenegrijnen besloten echter op een gegeven moment dat ook zij een eigen land wilden. De onafhankelijke staat Montenegro werd aangemeld bij de VN, een handeling die de grootste internationale erkenning van een land inhoudt, op, je raadt het al, 28 juni 2006.
Voor wie in Servië geïnteresseerd is, is 28 juni een dag die je in de gaten moet houden in dat land.
1 note · View note